Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De [33]lippen der gerechtigheid [34]zijn het welgevallen der koningen; en elkeen [35]van hen zal liefhebben dien, die rechte dingen spreekt. 33. Dat is, gerechtige en deugdelijke redenen, of de mond die rechte dingen spreekt. Vergelijk boven hfdst.12 vs.19. 34. Dat is, waarin zij een welgevallen hebben moeten; of, zijn den koningen een welgevallen; te weten, den godvruchtigen koningen. Anders: dat de lippen der gerechtigheid den koningen een welgevallen zijn; dat is, hun wel behagende. 35. Te weten, koningen.